In den beginne was er toortslicht en honger.
Woordeloos kerfde de mens zijn verlangen in de wand van de grot.
Gedurende 5779 jaar legde de mens zijn ziel vele malen bloot.
Diepe zieleroerselen baanden zich een weg naar buiten.
Helder, verwrongen of onherkenbaar.
Onuitblusbare scheppingsdrang.
Vergankelijke media verdroegen eeuwige waarden.
Veel kunstfrequenties wierpen licht op de Maker.
Schepping en kroon.
De dans van de kunstenaar; de balans tussen droom en rauw bestaan,
soms sterven als clochard.
Voor sommigen begon het leven pas na de dood.
Renaissance
Licht op de mens, zijn rede en bestaan.
Te veel verbeelding en een vleugje romantiek
trokken de kunstenaar van de straat.
Out-of-the-box.
Een nieuwe hype zoekt halfgoden om ze in een hokje te zetten.
De omarming van de kunstenaar als edele vagebond,
door zwakke ego’s die zich willen onderscheiden,
door erbij te horen.
Een wurgende koestering tot in je kist.
De kunstenaar met aureool verlicht nu ook de economie.
Multinationals zoeken heil bij kunstlicht.
Niet alleen out-of-the-box, maar vooral buiten de lijntjes kleuren
van, ‘t liefst, hoogconjunctuur.
De rebel dreigt te worden getemd, gesmoord in aandacht, aanzien en weelde.
Onder je eigen kartonnen doos slapen is er niet meer bij.
Voor de overleving van de kunstenaar
is er slechts één veilige kant
aan out-of-the-box;
de zelfkant.